Een slordige vijftig jaar geleden was de Nederlandse samenleving nog helemaal opgebouwd uit silo’s, of zuilen. Iedereen klonterde samen rondom een toren die voldeed aan het eigen wereldbeeld. Een beeld dat veiligheid bood. Gereformeerden, Katholieken en Socialisten hadden eigen scholen, politieke partijen en werkgevers. En hoewel zuilen in de samenleving voor een groot deel afgebrokkeld zijn, speelt het denken in organisaties nog altijd een grote rol.
Met silo-denken definieer je jezelf ten opzichte van de ander
Kenmerkend aan mensen is dat we graag definiëren wie wij zijn ten opzichte van de ander. Dat noem je silo-denken. ‘Binnen’ wordt veilig, ‘buiten’ wordt al snel vijandig. Dit zien we nog steeds door de hele samenleving. En ook in grote en groeiende organisaties.
Naarmate een organisatie groeit, wordt er meer structuur aangebracht en worden processen van elkaar gescheiden. Inkoop wordt gescheiden van verkoop, werkvoorbereiding van werkuitvoering, de interne organisatie van de externe organisatie. Er wordt een formele hiërarchische structuur gebouwd.
Silo-denken werkt een interne wij-zij cultuur in de hand
Silo-denken zorgt voor interne wij-zij cultuur. Mensen zetten zich met name in voor hun eigen team, in plaats van voor het grote geheel. Zo kan het voorkomen dat verschillende afdelingen hetzelfde werk doen, elkaar wantrouwen of zelfs gaan beconcurreren. De afdelingen werken in een vacuüm naast elkaar.
Stel je open voor ontmoeting met de ander om silo’s af te breken
Start met je openstellen voor ontmoeting met de ander als je bubbels wil doorprikken en silo’s wil afbreken. Dat betekent dat je durft om samen in een kamer te zitten en de olifanten in de ruimte benoemt. Want als je het met elkaar eens wil worden? Dan moet je eerst ontdekken waarover je het oneens bent met elkaar. In 50% van de gevallen merk je dat je eigenlijk veel dichterbij elkaar zit dan je van tevoren dacht. Samen kun je dan werken aan een grotere versie van de werkelijkheid.
Openstaan voor ontmoeting met de ander. Klinkt logisch. Maar hoe doe je dat? Om dat te ontdekken duiken we het voorbeeld van Florence in.
Het voorbeeld van Florence
Koen de Vos schreef het boek De geniale stad, over de gouden eeuw van Florence. In de vijftiende eeuw bracht Florence opvallend veel genieën voort, zoals de kunstenaars Leonardo da Vinci, Michelangelo en Rafaël, de filosoof Machiavelli, de ontdekkingsreiziger Amerigo Vespucci en de staatsmannen De Medici. De grote vraag die De Vos in zijn boek beantwoordt is: ‘Hoe kan het dat Florence zoveel genieën voortbracht in zo’n korte tijd?
In Florence was de stadsplanning gericht op ontmoeting en communicatie
De hele stadsplanning was gericht op ontmoeting en communicatie. Huizen waren met hun werkplaatsen gericht op de straat, wat elke straat tot een plek van contact en uitwisseling maakte. In Florence was geen plaats voor silo-denken. Dat is de reden dat er in Florence een ecosysteem ontstond met zoveel grootheden in kunst, bestuur en filosofie.
De straat in Florence was een ‘derde plaats’
De straat in Florence was een ‘derde plaats’, zoals de stadssocioloog Ray Oldenburg dat noemt. De eerste plaats van mensen is hun woning, de tweede plaats hun werkomgeving en de derde plaats de omgeving waar mensen buiten hun wonen en werken de meeste tijd verkiezen door te brengen.
Tegenwoordig zie je dit in kantines, barretjes en restaurants. Een café is niet langer alleen een plek om wat te eten en te drinken, je hebt er comfortabele stoelen, goede muziek en snelle wifi. Je wordt uitgenodigd om er tijd door te brengen. Doordat Florence op een natuurlijke manier interactie tussen alle lagen van de bevolking stimuleerde, was er een intensieve uitwisseling van ideeën en contacten.
Florence cultiveerde ‘derde momenten’
Naast deze ‘derde plaatsen’ was Florence ook goed in het faciliteren van ‘derde momenten’. Deze momenten, buiten de woon- en werkmomenten, brachten mensen samen. Bijvoorbeeld voor uitwisseling van informatie, het vieren van bijzondere gebeurtenissen of bijwonen van sportevenementen. Koen de Vos vat samen:
Maak van je organisatie een Florentijns ecosysteem door derde plaatsen en derde momenten te faciliteren
Wil je silo-denken ontmantelen? Maak dan van je organisatie een Florentijns ecosysteem door derde plaatsen en derde momenten te faciliteren. Creëer ruimtes waar mensen graag zijn, met goede koffie, lekker eten, flexplekken en stabiele wifi.
Plan dagelijkse, wekelijkse en jaarlijkse momenten waarin je elkaar dwars door alle lagen en teams van de organisatie heen ontmoet. Wees niet bang om met elkaar in één ruimte te zitten en het verschil van inzicht samen te onderzoeken. Want zo kom je tot gezamenlijk inzicht.